Op naar grote hoogte! Letterlijk. Als eerste gaan we naar de Shanghai toren om daar op de 125ste verdieping over de stad uit te kijken. De lift gaat wel 60 kilometer per uur en we stappen er dan ook een beetje verfrommeld uit. Wat een te gek uitzicht! We spotten ons hotel, zien de plek waar we een dag eerder waren en zien de bekende gebouwen (flessenopener en de tv toren) van Shanghai.
Helemaal tevreden gaan we weer naar beneden om onze weg te vervolgen naar het zijdemuseum. Er is geen leuker uitstapje te bedenken dat het zijdemuseum. Je mag aan de zijde voelen, je ziet hoe het gemaakt wordt, ze laten zien wat het per gewicht kost en zo gaat het maar door. Een trip vol highlights, een echte aanrader.
Op naar de Jade Tempel. Daar zien we de mooiste Jade Boeddha van China, om vervolgens gedropt te worden in een hip, Frans wijkje waar moeke en ik lekker gaan lunchen, koffie drinken, boodschappen doen en rondwandelen. We zien nog een enorm wachtrij vol Chinezen om het gebouwtje te bezoeken waar in 1921 de communistische partij is gesticht. De foto van de mensen die allemaal foto’s maken is in ieder geval goed gelukt. En een foto van het gebouwtje? Die hebben wij niet nodig..
In de avond lopen we langs de rivier richting The Bund. Op eigen houtje gaan we de beroemde skyline ook maar eens bij nacht bekijken. Wat. Een. Plaatje. Het is er te gek! De gebouwen zijn prachtig verlicht en ook de foto’s die we maken, stellen niet teleur. We eten ons stokbrood met pindakaas met het beste uitzicht dat je kunt wensen. Onderweg naar de Bund bezoeken we nog een klein chinees marktje, waar wij net zo goed een bezienswaardigheid zijn als die markt voor ons is. En op de terugweg heeft de karaokebar plaatsgemaakt voor het oefenen van een lokale fanfare. Uiteraard kijken we ook even naar dit gratis concert. Daar houden wij als Nederlanders wel van. Van die valse noten, iets minder..
Dat bund mooie plaaties!